Cultuurhistorie

Drachten heeft een lange en rijke geschiedenis op het gebied van vervoer over water. Veel skûtsjes die nu nog varen in belangrijke wedstrijden zoals de SKS en de IFKS zijn van oorsprong gebouwd in Drachten. Maar hoe is dat ontstaan?

Drachten en de skûtsjes

Cultuurhistorie

Ruim 100 jaar geleden doorkruiste de Drachtstervaart nog de hoofdplaats van de gemeente Smallingerland. Drachten lag aan het voeteneind van belangrijke vaarwegen en dat bracht economische bedrijvigheid met zich mee. Water was toen de enige snelle verbindingsweg. Aan de hoofdvaart en dwarsvaarten waren scheepswerven gevestigd, die onder andere beurtscheepjes voor personenvervoer, boerenpramen en skûtsjes voor vrachtschippers bouwden. Tegen het eind van de 19e eeuw waren de meeste hellingbazen overgeschakeld op de ijzerbouw. Veel bebouwing langs de Noordkade, Zuidkade en het Moleneind was op het water geörienteerd en dat gold ook voor de aanpalende touwslagerijen, houtzagerijen, zeilmakerijen, kroegjes, herbergen en winkeltjes.

Water in Friesland

Wie de kaart van Friesland bekijkt, ziet direct dat deze provincie rijk is aan water. Tegenwoordig wordt dat vooral voor de recreatie gebruikt, maar vroeger had het water een belangrijke verbindingsfunctie. Bij gebrek aan wegen vond het transport van zaken en personen in Friesland tot ver in de twintigste eeuw voor een belangrijk deel over het water plaats. Met tjalken en andere vrachtschepen werden onder meer turf, mest, afgegraven en zeer vruchtbare terpgrond en bulkgoederen als zand, aardappelen en steenkool vervoerd. Boeren brachten vee en voer per boot van en naar hun boerderij. Beurtschepen, die op vaste tijden een vaste route varen, namen kleinere zaken, pakketten en personen mee. Doktoren en winkeliers gebruikten een boot voor het afleggen van bezoeken en het afleveren van aankopen. Kortom, er is traditioneel werk genoeg voor de scheepswerfjes in tal van plaatsen op het Friese platteland. Het gaat daarbij in de eerste plaats om nieuwbouw, maar ook reparatie is een belangrijke bron van inkomsten.

Voor Drachten is vooral het hoogveengebied ten oosten van de stad van belang. Om dit voor de turfwinning te ontsluiten wordt rond het mudden van de zeventiende eeuw de Drachtstercompagnonsvaart gegraven, met daarbij de Noorder- en Zuiderdwarsvaarten en daarop weer uitkomend de nodige wijken (smallere kanalen). De gewonnen turf werd, hoog opgetast, door boten naar een verzamelplaats als Drachten gebracht en daar opgeslagen of verder vervoert. Aan het water ontstaat de nodige nijverheid, die voor een deel te maken heeft met scheepsbouw of scheepsvaart. Zo waren er in Drachten smederijen, een houthandel en enkele touwslagerijen. Na 1850 vestigden zich langs de vaart ook enkele tabaksfabrieken en tabaksdrogerijen, waar ondermeer pruimtabak werd gemaakt. Aan- en afvoer van grondstoffen en gereed product vond natuurlijk ook voornamelijk over water plaats.

De opkomst van het skûtsje

Voor al die bedrijvigheid zijn schepen nodig! Vanaf de achttiende eeuw worden in Friesland tjalkachtige kleine vrachtschepen gebouwd, in het Fries skûtsjes (schuitjes) genoemd. De oorspronkelijke skûtsjes zijn zo'n 10 tot 14 meter lang en hebben een laadvermogen van 10 tot 20 ton. De skûtsjes onderhouden vaak een vaste dienst van het dorp van herkomst naar grotere marktplaatsen als Leeuwarden, Sneek en Bolsward. het zijn eenvoudige houten schepen met een stuurhut, zonder opbouw. Aandrijfkracht is de wind in de zeilen. Wanneer de wind ontbreekt worden de schepen geboomd of met menskracht voortgetrokken. Dit type skûtsje wordt ook volop gebouwd op de werf aan het Buitenstvallaat. Aan het eind van de negentiende eeuw krijgen de skûtsjes geleidelijk meer omvang. De lengte neemt toe tot maximaal zo'n 20 meter, de breedte gaat naar 3,5 tot 4 meter. Het laadvermogen loopt op tot ongeveer 35 ton. De vorm van het schip wordt vooral bepaald door de afmetingen van bruggen en sluizen in Friesland. De skûtsjes krijgen ook een roef, maar deze lijkt meer op een verhoging van de luikenoverkapping dan een bouwsel op zich. De Friese tjalk, het skûtsje, maar door zijn meer gestroomlijnde, slanke vorm een sierlijker indruk dan zijn Groningse en Overijsselse soortgenoten.
Aan het eind van de negentiende eeuw dient zich nog een innovatie aan, namelijk de bouw in ijzer en staal. Hierbij zijn in het noorden de over het algemeen wat grotere Groningse werven de voorlopers. Ijzer en vooral staal hebben veel voordelen boven hout. Ijzer is sterker en vergt minder onderhoud. Staal heeft op zijn beurt weer voordelen boven ijzer. Staalplaten hoeven minder dik te zijn. Een stalen schip zal daarom 10 tot 15% minder eigen gewicht hebben dan een ijzeren. Ijzer fungeerde enige tijd als een soort overgangsmateriaal tussen de hout- en staalbouw.

Werven in Drachten

In Drachten waren destijds een aantal scheepswerven. Op Buitenstvallaat zat (en zit nog steeds!) de werf van Jan Oebeles van der Werff. De werf lag afgelegen en was over land moeilijk te bereiken. Het was de enige Drachtsterwerf die gelegen was aan open water, dus hier konden al vroeg grotere schepen gebouwd worden. Tegenwoordig is de werf omgeven door nieuwbouw van Drachten.

De werf van de gebroeders Roorda, De Piip, werd in 1902 door Berend Tjeerds Roorda aan het Moleneind gesticht. Het bedrijf lag iets ten noordoosten, dicht bij de Pijpbrug in de Hogeweg. Dit familiebedrijf is van groot belang geweest voor de Drachtster scheepsbouw. Op de locatie van de werf staat nu een vestiging van Philips.

Nieuwe bedrijvigheid

Veel van de tastbare historie is verloren gegaan. Al de vaarten werden gedempt en de destijds nieuw aangelegde woonwijken doen in niets meer herinneren aan de eens zo schilderachtige Noorder- en Zuiderdwarsvaart met achterliggende landerijen en weelderige korenvelden. Alleen een aantal straatnamen refereren nog aan het Drachten van toen. De nieuwe tijd vanaf de jaren vijftig bracht andere bedrijvigheid en meer welvaart naar Drachten.

Nieuw water

De verbondenheid die Drachten van oudsher met het water had, raakte door alle veranderingen op de achtergrond en in de vergetelheid. Hoewel het niet zo opvalt, is water wel van groot economisch belang voor de gemeente. Door het terugbrengen van de Drachtstervaart tot in het centrum van Drachten wordt het winkelgebied sfeervol en aantrekkelijker voor inwoners en bezoekers. In de Haven van Drachten is een groot aantal bedrijven gevestigd dat afhankelijk is van vervoer over water. Om dat te bevorderen wordt gewerkt aan plannen voor verbetering van de Vaarweg naar Drachten, met als doel om op termijn grotere schepen te kunnen ontvangen. Dit bevordert de concurrentiepositie van de bedrijven in de Haven. Water is dus niet weg te denken uit Drachten!

 

Het Skûtsjejier is een inititatief van Gemeente Smallingerland en wordt mede georganiseerd door:

  • Skûtsje Het Bruine Leven
  • Drachtster skutsje
  • Skutsjeverhuur de Verandering
  • Smelne's Erfskip
  • Museum Drachten
  • Beleef Bibliotheek Drachten
  • Skûtsje de Rot
  • Skûtsje d'Halve Maen
  • De Jonge Trijntje

Wilt u sponsor worden? Zou u, op wat voor manier dan ook, een bijdrage willen leveren?
Vraag naar de mogelijkheden voor sponsoring en kom in de spotlight te staan op Skûtsjejier 2013!
Stuur een e-mail naar skutsjejier2013@smallingerland.nl of bezoek de contactpagina.